Don’t be vanilla
“Don’t be vanilla,” waarschuwde mijn business coach me. Vanille is saai en voorspelbaar. Als je altijd veilig voor vanille-ijs kiest, moet je geen ondernemer worden.
Als life coach, hypotheekadviseur of hardlooptrainer verkoop je altijd een belofte. Een gelukkiger leven. Een betaalbaar droomhuis. De finish van de New York marathon. Daarin ben je nooit de enige – een coach vind ik op elke hoek van de straat. Waarom zou ik voor jou kiezen?
Welke smaak ben jij?
Laten we daar een serieuze vraag van maken. Als jij ijs zou zijn, welke smaak ben jij dan? Ik ben een beetje gek, dus voor mij zou het iets met nuts moeten zijn. En met gezouten karamelbrokken. Geen idee of het een goeie combinatie is, maar ik ben nieuwsgierig.
Pistache met gezouten caramelbrokken: daarmee val ik op, in ieder geval bij andere ijsliefhebbers of salted caramel junks. Met dat soort mensen kom ik graag in contact. We begrijpen elkaar.
En jij, lieve professional? Je staat in de etalage om mensen te laten zien dat ze met jou iets bijzonders in huis halen. Welke smaak wordt het? Laat het geen vanille zijn. Vanille-ijs vind ik in elk ijssalon. Daar loop ik ongeïnteresseerd aan voorbij.
O wacht, ik zie je! Je bent maanzaad-gember-ijs.
Nu heb je mijn aandacht.
Of ik het nou wil proeven of niet, ik ben getriggerd. Maanzaad-gember-ijs. Ik zag het voor het eerst bij Marx O’Larry’s aan de Moensstraat in Beverwijk. Ik ben dol op gember en bij Marx O’Larry’s draaien ze het lekkerste ijs, dus ik heb een bolletje geproefd. H-e-e-r-l-ij-k. Ik zou niet meer weten waar ik voor het eerst vanille-ijs proefde, maar mijn eerste bolletje maanzaad-gember zal ik nooit vergeten. Begrijp je wat ik bedoel.
Mijn dochter en ik rijden af en toe lachend vijftig kilometer om, voor een ijsje bij Marx. Vijf bollen, elke keer in andere smaken. Behalve vanille.
Life’s too short to settle for vanilla.